Een tiental foto’s liggen uitgespreid op tafel. Een houten bankje, een kleurrijk klimrek, twee handen die elkaar vinden en wuivend gras langs de waterkant. Idyllische plaatjes die al snel hun plek krijgen op het grote witte vel papier. Ze staan voor ontmoeten, verbinden en ruimte. Met een dikke zwarte stift worden de woorden op het papier gezet. Ook verdraagzaamheid en tolerantie staan erop.
Het zijn zogeheten kernwoorden die genoemd worden tijdens de startbijeenkomst van het project Ruimte voor jongeren in de openbare ruimte in Nijmegen Noord, begin oktober georganiseerd door ontwerp- en adviesbureau OBB en de gemeente Nijmegen. Doel: in beeld brengen welke voorzieningen er al zijn voor de jongeren in Nijmegen-Noord, óf deze functioneren en te weten komen wat de wensen van de jongeren zelf zijn én die van de andere bewoners. En dat is nodig, aldus de gemeente.
Uit de meest recente stads- en wijkmonitor blijkt dat overlast van jongeren in Lent en Oosterhout is toegenomen, dat de voorzieningen in de openbare ruimte voor jongeren achterblijven en dat bewoners én jongeren daar last van ervaren. Binnen nu en een paar jaar zijn er ruim 3000 kinderen in Noord in de puberleeftijd.
“Jongeren horen erbij, ze wonen in de wijk, maken deel uit van de gemeenschap”, zegt Elske, projectmanager bij OBB. Ze vraagt de aanwezigen terug te gaan naar de eigen tienertijd. Wat deden zij toen?
Opbouwwerker Paul Reuling, al vele jaren actief in Nijmegen Noord. “Toen ik zelf jongere was, tapte ik biertjes in het jongerencentrum (Ik was veertien, toen kon dat nog), organiseerde optreden van bands en feestjes en genoot van de vrijheid die hij daar kreeg. We hadden echt een eigen plek.” Wijkagent Pim Lammerinks is opgegroeid in Hatert. “Ik was altijd buiten te vinden, in het speeltuintje of op straat. Voetballen. De schuurtjes waren de goals. Dat vonden enkele bewoners niet echt fijn, kan ik me herinneren.” Ron Janshen, buurtsportcoach, was een ‘actieve tiener’, zo zegt hij zelf. “Ik sportte veel en was dus merendeel op de sportparken te vinden. Na de training bleven we vaak hangen.”
Gewoon wat rondhangen, beetje voetballen op straat of bij een sportclub of elkaar vinden in het clubhuis, jongerencentrum of op het schoolplein. Eigenlijk is er niet zoveel veranderd, zegt Elske. “Jongeren hangen graag rond, met elkaar. Zonder ouders of andere volwassenen. Dat hoort erbij. Dat het als overlast wordt ervaren, komt vaak door te weinig geschikte plekken in de wijk. Er is te weinig ruimte.” Maar wat is eigenlijk een jongere, vraagt een van de aanwezigen zich af. “Voor dit onderzoek gaan we uit van 10 tot 23 jaar”, zegt Marieke van Kan, projectleider spelen, bewegen en ontmoeten bij de gemeente Nijmegen.
Noord is goed gefaciliteerd met speelvoorzieningen voor kinderen tussen de 4 en 12 jaar, maar nu de jongeren uit de wijk ouder worden is het ook noodzakelijk dat de voorzieningen hierop aangepast worden, aldus de gemeente. Ook kunnen we in de nieuwe wijken rekening houden met de wensen van voor jongeren. Jongeren geven aan dat er weinig plek is voor hen in de openbare ruimte, plekken waar ze prettig kunnen verblijven en waar omwonenden jongeren niet als last ervaren.
De ‘speelruimtemakers en ruimtedenkers’ van OBB zijn al in diverse gemeenten in Nederland actief geweest en hebben de nodige ervaring in het ontwikkelen van ontmoetingsplekken voor jongeren. “Er zijn een aantal succesfactoren, ook wel de 6 V’s genoemd”, legt Elske uit. Zo moet er voldoende aanbod zijn in relatie tot het aantal jongeren, moeten de plekken verspreid liggen in de wijken, variatie in inrichting is belangrijk, de ontmoetingsplekken moeten veilig zijn, het ‘verhaal’ moet goed zijn, zodat het aantrekkelijk is om te komen en ze moeten elkaar versterken.
Elske: “En dan nog een tip: houdt het niet bij één nieuwe plek, maar creëer meteen meerdere plekken. Jongeren houden van keuzevrijheid én iedere groep wil zijn eigen plek.”
OBB onderscheidt verschillende plekken ‘kiss & greet’ (groet)plekken, what’s up (klets)plekken, ‘stay around’ plekken (bijv een tafeltennistafel), ‘playgrounds’ (zoals sportplekken), ‘no problem’ plekken (iets verder van de woningen) plekken, waar jongeren elkaar ook iets later op de avond kunnen ontmoeten, zonder dat bewoners daar veel last van hebben. jongeren - OBB speelruimtespecialisten Speelruimte Specialisten. (obb-ingenieurs.nl). Een deel van de plekken regelt zichtzelf; denk aan de omgeving van de school. Maar soms is extra inrichting nodig. Zeker voor deze groeiende groep jongeren.
Met dit in het achterhoofd buigt de groep aanwezigen zich over enkele kaarten van Nijmegen Noord. In de hand kleine rode, groene, blauwe en gele stickertjes. Al snel staan er meerdere rode stipjes langs de waterkant van de Oosterhoutse plas. Een no-go area, want té dicht op de huizen. De Lentse Warande kleurt ook rood. Of nee, toch niet. “Dat is een kansplek”, meent buurtsportcoach Janshen. “Je kunt hier een sportactiveit organiseren of als zodanig inrichten.” Langs de diverse fietsroutes, vooral van en naar de middelbare scholen, worden ‘kletsplekken’ aangegeven. Wijkagent Pim laat zijn vinger over de kaart gaan. “Hier komen veel fietsers en wandelaars. Met wat bankjes zorg je voor nieuwe ontmoetingsplekken. Voor jong en oud.”
Hij loopt al lang rond in Nijmegen Noord en ziet de wijk veranderen. “De samenstelling van de bewoners wordt anders, gevarieerder. Ook zijn er wat grotere groepen jongeren die elkaar in wisselende samenstelling opzoeken.” Het plan om meer ontmoetingsplekken te creëren steunt hij van harte. “Maar het zou mooi zijn als mensen zelf een stap durven te zetten. Spreek eens een jongere aan, maak gewoon een praatje, leer elkaar kennen. Dat zou al een hoop frustratie schelen, denk ik.”